DUTCH TXT Indien je de antenne van de achterzijde bekijkt EN volgens de opties als vermeld op het plaatje wordt het erg simpel met aansluiten : als de coaxkern van de kabel ( matchline ) naar antenne A ( 'horizontaal' ) wordt verbonden met het rechter dipool aansluitpunt dan de coaxkern van de andere kabel ( phaseline ) naar antenne B ( 'verticaal' ) verbinden met het onderste dipool aansluitpunt. Dit geeft dus eenzelfde situatie als bijvoorbeeld in de eerste afbeelding ( zie de vier tekeningen onder het script ) .. draai deze maar eens 180 graden. Niet te vermelden dat, indien het kant en klaar dipooltjes ( met een SO-239 of N chassisdeel ) betreft, kern steeds op middencontact aansluiten ( hoe kan het ook anders ), check zo nodig of de twee dipooltjes op dezelfde manier op het chassisdeel zijn aangesloten hi :-). Indien je de waarden checkt op het WiMo voorbeeld ( 17 en 125 graden ), vergeet niet in het scriptje Velocity Antenne ( default 0.9 ) op 1 te zetten ..... WiMo gebruikt daar kennelijk de factor V = 1. Nog iets leuks betreffende deze antennes. Iedere RHCP antenne geeft RHCP naar de voorkant, maar LHCP naar de achterkant ( zelfde uiteraard ook voor antennes zonder reflectoren / directoren, met dus alleen dipooltjes gemonteerd, maar dan zijn onderstaande waarden minder extreem ). Voor 2 x 10 el tot 2 x 18 el zijn de V/A verhoudingen meestal 15 tot 25 dB. Een RHCP antenne zendt en ontvangt RHCP. Dan is het volgende meteen duidelijk. Twee circ x yagi antennes op elkaar ( < - > ) gericht : a RHCPfront > - < RHCPfront levert x dB b RHCPfront > - < RHCPback ( LHCP ! ) levert x - 20 tot x - 30 dB + - y dB ( V/A verhouding y = 15 tot 25 dB ) c RHCPfront > - < LHCPfront levert x - 20 tot x - 30 dB d RHCPfront > - < LHCPback ( RHCP ! ) levert x - y dB ( V/A verhouding y = 15 tot 25 dB ) e etc. f etc. g etc. h etc. ======================================================= a en d betreft same sense type 4 link b en c betreft opposite sense type 5 link ======================================================= Voor bepaalde antennesituaties is er dus helemaal niets mis met je circulair gepolariseerde x yagi .. de verschillen kunnen opmerkelijk zijn .. situatie b kan ca x - 50 dB opleveren ..... Nog een voorbeeldje met lineaire en x yagis's. Circulaire systemen pikken lineaire ( horizontaal, verticaal en daartussen ), ellipsvormige en last but not least, ofwel RHCP ofwel LHCP signalen op. Een must voor het betere LEO ( zoals ook het ISS ) satellieten werk dus. Waar vaak gedurig polarisatie wissels / veranderingen voorkomen. De optredende ( tot maximaal 3 dB ) verliezen t.o.v. de lineaire match vallen in het niet bij de voordelen van het systeem. Meestal treedt een lineaire match maar weinig op tijdens de overkomst van een dergelijke satelliet, enkele % van het geheel. Zo'n linaire match, LIN - LIN matched, noemen we een type 1 link en deze is tevens de referentie. De factor x, waarvan hierboven sprake, ligt - 3 dB onder die van deze type 1 link. De zeer korte tijd dat je met een type 1 link van doen hebt ( met + 3 dB ) ..... dit te vergelijken met de rest van de tijd waarin je tot wel tientallen dB verliezen kan gedurende langere tijd ..... ( LP random - LP random, type 2 link, tot - 30 dB verlies ). Trouwens, die + 3 dB kan wel met een preamplifier en iets meer vermogen worden gecompenseerd bij gebruik van een circulair gepolariseerde x yagi. Of x quad. Een CP - LIN ( LIN - CP ) matched type 3 link is de oplossing. Voor signalen van satellieten die sterk wisselen. Zo geldt bijvoorbeeld : de orientatie van de lineaire antenne ( horizontaal, verticaal of ergens daartussen ! ) en / of de sense ( RHCP of LHCP ) van de circulair gepolariseerde x yagi spelen geen rol meer. Dankzij deze laatste antenne dus. Type 3 linken leveren een constante signaalsterkte op. Waarbij dips niet of weinig meer voorkomen. Tenzij het signaal omklapt van RHCP naar LHCP. In zo'n geval wordt er vaak geschakeld met een relais. Voor alle typen matched en random link typen zie de literatuur betreffende satellieten.