Philip K Dick :
	De hamer van Donar Titel origineel: Vulcan's Hammer Verschijningsdatum origineel: 1960 Bladzijden: 192 ISBN: 90-229-9090-7 Paperback Flaptekst: De wereldfederatie leeft in vrede, geholpen en geadviseerd door de zichzelf reparerende en uitbreidende computer Donar 3. Alleen de Hervormers, een subversieve organisatie, lijken nog een bedreiging voor vrede en veiligheid. Donar 3 houdt niet van halve maatregelen: met wapentuig, vervaardigd in fabrieken die hij ondergronds gebouwd heeft, probeert hij met geweld orde te stichten en trekt de macht aan zich in een paleisrevolutie... of probeert dit tenminste. Maar de regeerders, ofschoon onderling verdeeld, vinden een uitweg. Zoals we van Dick gewend zijn, een fantasierijke roman met boeiende denkbeelden en spannende gebeurtenissen.
	De laatste lach Titel origineel: The Man Who Japed Verschijningsdatum origineel: 1956 Bladzijden: 160 ISBN: 90-449-1993-8 Paperback Flaptekst: Door Morev, Moreel Reveil, zijn problemen als oorlog en hongersnood voorgoed verbannen. Van nu af aan zal het land slechts vrede en voorspoed kennen, desnoods onder dwang. Buurtcomité's, robot-verklikkers en jeugdbendes zorgen er wel voor dat iedereen 'blij' is met Morev. Allen Purcell, de nieuwe directeur van het bureau voor Propaganda en Entertainment, had zich altijd gelukkig gevoeld in zijn wereld. Dat dacht hij althans, tot hij mee gaat doen aan de wereldwijde jacht op een krankzinnige grappenmaker, die beledigende spelletjes speelt met de regering. Want tijdens het zoeken naar deze ketterse lolbroek vindt Purcell steeds meer bewijzen dat hijzelf de schuldige moet zijn. Als dat waar is - hoe doet hij het dan? En hoe zal hij, eenmaal ontmaskerd, de vernietigende woede van de gemeenschap kunnen doorstaan?
	Het oog aan de hemel Titel origineel: Eye in the sky Verschijningsdatum origineel: 1957 Bladzijden: 259 ISBN: 90-245-2054-1 Paperback Flaptekst: Hoger en hoger rees hij, tot ver boven de stratosfeer. Om hem heen was een grijs niemandsland. En daarin bevond zich een gigantisch meer. Een meer zo groot, dat de gehele aarde erin had kunnen verzinken zonder een rimpel achter te laten. Een meer dat verscheen en verdween, opnieuw en opnieuw, alsof het voortdurend door een sluier aan Hamiltons blik werd onttrokken. Een vreemd meer... En ineens realiseerde ir. Hamilton zich met een schok dat het in 't geheel geen meer was. Hij tuurde recht in een kolossaal oog, een OOG AAN DE HEMEL.