Terug in Nairobi.
Zondagmorgen 11 juli vertrok de komplete karavaan richting Nairobi, maar door allerlei pech met het wagenpark (banden, carburators, bevestigingen voor de opleggers) kwam de stoet niet ver. In de bush-bush werd een extra dag gekampeerd, de regen maakte verder reizen onmogelijk. Dinsdag werd de reis vervolgd, en werd Narok bereikt. Die dag werden veel giraffen waargenomen en werd een grote groep van 32 stuks, gefotografeerd. Woensdag werd Kijabe bereikt, dicht in de buurt van de plek waar de asfaltweg naar Nairobi begint. Uiteindelijk bereikte het konvooi pas op donderdagmiddag 15 juli Nairobi, de karavaan was een ongewoon beeld op Delamare Avenue, en zorgde ervoor dat het verkeer urenlang vast kwam te zitten. Na het verrichten van de noodzakelijke public relations, en het beantwoorden van honderden vragen van belangstellenden, werd 8 mijl buiten Nairobi gekampeerd. Hier verliet Bob, W6PBV, Circus Gatti, en nam zijn intrek in het Queens hotel in Nairobi.
Het einde van de Expeditie.
Bill Snyder en Doug Edwards verlieten de expeditie al snel. De beklimming van de Kibo was voor hun ook een struikelblok, al was dit opstakel voor hun niet lichamelijk. Attilio Gatti was geen gemakkelijke man in de omgang. Bill had trouwens al voor het vertrek uit New York willen afhaken. Hij was meer op zijn plek bij Arch Oboler en verbleef nog maanden in Oost Afrika. Niet als radioman, maar als camera en geluidsman. Bill heeft later zijn eigen film-bedrijf opgericht, en heeft jarenlang voor Walt Disney korte films geproduceerd. In 2003 woonde hij nog steeds in Fargo, North Dakota.
Bob diende zijn contract uit bij Gatti, en hield de DX-wereld na de beklimming van de Kibo nog 4 maanden lang in extase. Ook voor Jim Powers was Nairobi het einde van de expeditie. Hij probeerde met Scandinavian Airlines, via Cairo, Egypte thuis te komen. Gatti ging nog 2 maanden door met een foto-safari naar de "Mountains of the Moon". Hij werd vergezeld door King, Prince en Wakeford. Nog 3 basiskampen 6, 7 en 8 werden op de kaart gebracht, maar geen expeditie-call werd meer in de lucht gebracht.
Niets verliep zoals gepland. Hallicrafters raakte alle logs van de expeditie kwijt, een grote teleurstelling voor Bob Leo en Bill Snyders. Bob vond een brief van G3NOF met een lijst van stations welke Bob werkte als VQ3HGE. Eentje was PA0UN op 13 May 1948 1922 utc op 14 MHz AM 58. Bob had een QSO met DL3AO (nog SWL in 1948), die vertelde dat hij een SWL kaart had otvangen van VQ3HGE.
Misschien staan nog ergens op een dondere stoffige zolder wat oude schoenendozen, waarin QSL kaarten van vergeten Expeditie-QSO's zitten, en die het geheugen van W7LR (82 jaar in 2003) een beetje kunnen opfrissen. Natuurlijk kunnen QSL-museums, wanneer zij voldoende van deze oude QSL-kaarten bezitten, amateurs zoals Bob helpen om de historie een beetje te laten herleven. PA1AT, Gerard is ook bezig zo'n QSL-verzameling aan te leggen, van hem kwam een kaart, ingevuld doo Bob Leo, toen deze aktief was als VQ4ERR. Het QSL museum in Oostenrijk heeft al een flinke collectie oude QSL-kaarten, maar slechts een was ingevuld voor de bevestiging van een Gatti-Hallicrafters QSO. Tom, K8CX, heeft een grote hoeveelheid oude QSL-kaarten gescand, welke op internet zijn te vinden. De grote ham-vraag is nu natuurlijk, waar zijn al die andere duizenden VQ-QSL's? En wie kan een QSL tevoorschijn toveren die aan VQ3HGE, VQ4EHG, VQ5HEG of VQ5GHE is geadresseerd?
Er was heel wat speurwerk nodig om te achterhalen wat er allemaal is gebeurd tijdens de 6 maanden durende expeditie. Jim Powers, met de expeditie meegestuurd als verslaggever van International News Service, heeft heel wat artikelen geschreven. Hiervan is slechts een klein deel in kranten terecht gekomen, Gatti keurde meeste artikelen af. Bob is veel vergeten in de afgelopen 55 jaar, maar hij is er zeker van dat Keith Sisk, genoemd als fotograaf in de brochure van Hallictrafters, niet van de partij is geweest. Bill Snyder, die een veel beter geheugen heeft dan Bob, kreeg de bons, hij was er bij de opbouw van basiskamp 3, Arusha, al niet meer bij. Gatti noemde 10.000 als QSO-aantal, terwijl Bob's notities slechts 3822 QSO's vermelden. Volgens Gatti waren alle deelnemers aan de expeditie succesvol in het bereiken van de Kibo-top op de Kilimanjaro. De Commander was een meester in het weergeven van diverse gebeurtenissen.
Bob Leo keerde nog eenmaal terug naar het Gatti kamp om nog wat zaken uit te praten met de Commander. Hij was QRV als gastoperator van VQ4ERR in Nairobi van 15 juli tot 21 augustus 1948, en maakte 307 QSOs vanuit de shack van Robbi Robson, VQ4ERR.
Hoeveel de expeditie heeft gekost is niet na te gaan. Er wordt een bedrag van 200.000,- dollar genoemd, Gatti was ook de "Treasurer" van de expeditie. Gatti had voorheen al 10 expedities georganiseerd, en was goed in het promoten van zijn expedities, en in het vinden van sponsors. Er kwam geld binnen van de vele fotoreportages, films, en verhalen welke tijdens en na afloop van de expeditie werden gepubliceerd. Ook verschenen er een aantal boeken van zijn hand. En na afloop van de Expeditie werden in Nairobi een tweetal openbare verkopingen gehouden op 7 en 8 september 1948. Het bureau Muter and Oswald Ltd. verkocht namens Attilio Gatti, allerlei spullen afkomstig van de Gatti Hallicrafters Expedition.
Wat gebeurde met W6PBV.
Na afloop van de expeditie accepteerde Bob een baan bij ARAMCO. De noorse tanker M/T Dovrefjell bracht Bob van Mombasa naar Bahrein. Bob werkte voor ARAMCO in Saudi Arabia. Hij was supervisor van hun radio station HZA, en werkte voor de geologie-afdeling in de Arabishe woestijn, en in de Perzische Golf. Natuurlijk was Bob ook operator van HZ1AB. Bob was ook QRV als MP4BAL vanuit Bahrein, voordat hij uiteindelijk naar de Verenigde Staten terugkeerde.
Gedurende de expeditie maakten I1KN en W6PBV veel QSOs en werden goede vrienden. Tijdens zijn verblijf in Saudi Arabi� begon Bob te corresponderen met Cobi, die Hollandse meid, waarmee hij had kennis gemaakt bij de aanvang van de expeditie. Het resultaat van al die brieven was een weerzien in Florence, Itali�, begin 1949. Cobi woonde toen in Nederland. Het stel had vergevordere plannen en wou in Florence trouwen. Gelukkig was I1KN stand-bye om Bob en Cobi te helpen met het noodzakelijke papierwerk. Het is derhalve niet verwonderlijk dat Fortunato Grossi, I1KN hun 'best man' was tijdens hun huwelijk in Florence in oktober 1949. Na het huwelijk hebben Bob en Fortunato elkaar nooit meer ontmoet, Joyce, de dochter van Bob en Cobi is tijdens een reis door Europa nog bij de Grossi's langsgeweest.
Bob heeft gewerkt bij Stanford Research Institute (SRI) en deed daar communicatie en computer onderzoek. Hij gaf gedurende 20 jaar les op de Montana State University. Van 1963 tot 1965 was Bob directeur van het SRI communication research laboratory in Thailand, en was daar QRV als HS1L. Tijdens zijn verblijf in Thailand hielp Bob nog bij het oprichten van de RAST, the Radio Amateur Society of Thailand.
Nu, in 2003, mogen Bob en Cobi nog steeds van een goede gezondheid genieten. Bob is intussen 82, hun woonplaats is nog altijd Montana, de staat welke Bob maar niet kon werken vanuit Tanganyika. Bob heeft zijn machtiging sinds 1937 (SWL van 1933 to 1937) en is nog steeds erg aktief op alle banden, nu als W7LR. Hij heeft alle 335 Entities bevestigd, en heeft meer dan 200 Entiteiten op 160 meter bevestigd. Het echtpaar Leo is nog avontuurlijk genoeg om te reizen, een van hun laatste trips was naar Alaska.
©PA0ABM